Management Summaries: High Performance Dierengedrag
Haal het beste HPO-dierengedrag in uzelf en uw team naar boven!
‘Een safari richting excellent presteren’, noemen Marco Schreurs en Simon van der Veer hun boek Animal firm. Ze gebruiken het dierenrijk als inspiratiebron voor het verhogen van het prestatieniveau van organisaties. Eigenschappen van de olifant, de koolmees, de wilde hond en de mier blijken het in organisatieverband prima te doen, zodanig zelfs dat wij mensen er heel wat van kunnen leren. De auteurs hebben deze managementsafari geschreven omdat ze organisaties willen helpen een High Performance Organisatie (HPO) te worden. Aanleiding was een lezing van Artis directeur Maarten Frankenhuis tijdens een congres in 2007, waarbij hij het gedrag van mensen in organisaties effectief wist te vergelijken met het gedrag van dieren. De aanwezige bezoekers – met name midden managers – bleken zeer onder de indruk van Frankenhuis’ betoog.
High Performance Dierengedrag
Alle organisaties, zowel in het bedrijfsleven als bij de overheid, hebben te maken met toenemende druk op hun prestatieniveau. Hogere klanteisen en krappere budgetten vragen dat de prestaties alsmaar worden verbeterd. Niemand lijkt aan die tredmolen te ontkomen. Schreurs en Van der Veer willen organisaties helpen sneller en beter te worden. Daartoe grijpen ze terug op het gedachtegoed van het instituut waar ze beiden aan verbonden zijn: het HPO Center in Hilversum.
Binnen dit onderzoeksinstituut wordt al jaren internationaal onderzoek gedaan naar wat een uitmuntend presterende organisatie onderscheidt van andere organisaties. Het HPO Center spreekt van een High Performance Organisatie (HPO) wanneer sprake is van: ‘een organisatie die betere resultaten (financieel en niet-financieel) behaalt dan vergelijkbare organisaties, over een periode van ten minste vijf tot tien jaar.’
Na jarenlang internationaal onderzoek zijn 35 kenmerken geïdentificeerd waaraan een HPO moet voldoen. En die 35 kenmerken hebben ze gegroepeerd in vijf overkoepelende factoren, die een direct verband hebben met het langdurig succesvol presteren van een organisatie.
De vijf factoren van een HPO zijn:
- Kwaliteit van management
- Langetermijngerichtheid
- Openheid en actiegerichtheid
- Continue verbetering en vernieuwing
- Kwaliteit van medewerkers
Uit onderzoek van het HPO Center is gebleken dat deze factoren van toepassing zijn op alle landen, sectoren en soorten organisaties. De 35 kenmerken die eronder verzameld zijn, vormen het HPO-gedachtegoed. Ze geven richting om als individu, team, afdeling en organisatie langdurig beter te presteren.
Bovengenoemde vijf HPO-factoren vormen het geraamte van het boek. Alle vijf worden ze geïllustreerd met dieren die in de natuur hebben bewezen meesters in de hen toegewezen factor te zijn. In de beschrijving van de sterke eigenschappen van olifant, mier, wilde hond et cetera kan de lezer op laagdrempelige wijze de vijf succesfactoren van een High Performance Organisatie tot zich nemen. Dit gebeurt per hoofdstuk. Aan het eind van elk hoofdstuk volgt een vertaalslag naar de praktijk in de vorm van uitdagende reflectievragen, die de lezer concrete handvatten bieden om verbeteringen bespreekbaar te maken binnen hun eigen team of afdeling.
Aan het eind van het boek komen de vijf puzzelstukken samen en wordt de lezer nogmaals bij de hand genomen ten behoeve van het daadwerkelijk starten van zijn/haar eigen animal firm. Tussen de hoofdstukken door zijn intermezzo’s over dierengedrag bij mensen opgenomen, door middel van columns van de hand van Maarten Frankenhuis, Midas Dekkers, André de Waal, Esther Mollema en Tamara van Duijn.
Olifant en wilde hond
Bij de olifant komen de auteurs uit als ze op zoek gaan naar HPO-factor 1: kwaliteit van management. Olifanten leven in matriarchale familiegroepen, die worden geleid door het oudste vrouwtje: de matriarch. De kwaliteit van het leiderschap van deze matriarch is allesbepalend. Ze geeft richting, bewaakt de saamhorigheid, heeft een sterke voorbeeldfunctie, is resultaatgericht en besluitvaardig en stelt duidelijke kaders. Alles in haar gedrag genereert vertrouwen en dient tot het beschermen van de volgende generatie. Volgens de auteurs is de matriarch de beste manager die een organisatie zich kan wensen.
Mier, kraai en mees
Voor de tweede HPO-factor, langetermijngerichtheid, komen de schrijvers uit bij de Afrikaanse wilde hond. Deze bijzondere carnivoor vertoont zeer effectief groepsgedrag, waarbij gezorgd wordt voor een veilige sociale omgeving waarin geen plaats is voor vechten en ongewenste dominantie. Ook niet als het gaat om de macht. Gezamenlijk zijn de wilde honden ongelooflijk effectieve jagers, waarbij de buit ook onder de zwakkere dieren wordt verdeeld. Er is een duidelijke rolverdeling, waarbij iedereen kan uitblinken vanuit zijn eigen kwaliteiten. Maar altijd in de context van het op de lange termijn overleven van de hele groep. Samenwerken is de sleutel tot overleven en mogelijk voortplanting; het maakt de Afrikaanse wilde hond dé specialist in het dierenrijk als het gaat om teamwork.
Mieren zijn continu bezig met het delen van kennis om samen effectiever te zijn. Elke mier in de kolonie neemt afwisselend de rol van meester of gezel aan. Als een mier bepaalde kennis heeft, is hij automatisch de meester en brengt zijn kennis over op andere mieren; de gezellen. Mieren maken fouten, maar leren van elkaar hoe het beter kan. Ze zijn sensitief voor non-verbale communicatie en koppelen deze direct aan acties. En daarom is de mier de ideale vertolker van HPO-factor 3: openheid en actiegerichtheid. Organisaties die willen werken aan thema’s als kennisdeling, continue dialoog, open foutencultuur en leerprocessen, doen er goed aan de gang van zaken in een mierenhoop te bestuderen.
Voor HPO-factor 4, continue verbetering en vernieuwing, komen de auteurs uit in het vogelrijk. Daar blijken met name kraaien en mezen in staat om innovatief bezig te zijn, te werken aan verbetering en zelfs effectief kennis te kunnen delen (wat ze dan weer gemeen hebben met de mier). Zo hebben mezen gedurende de twintigste eeuw in heel Engeland geleerd de doppen van melkflessen door te prikken, teneinde de melk te kunnen drinken. Kraaien in Japan hebben zichzelf en elkaar aangeleerd harde noten neer te gooien op drukke verkeerspleinen, om ze te laten kraken onder de wielen van optrekkende auto’s. Kennis en vindingrijkheid vrijuit delen en gebruiken om verder te komen. Welk bedrijf zou dat nou niet willen zien van zijn medewerkers?
Planteneters op de Afrikaanse savanne
Op de Afrikaanse savanne lopen de meeste herbivoren permanent gevaar om ten prooi te vallen aan grote katachtigen, hyena’s of wilde honden. Om dit probleem op te lossen hebben antilopen, zebra’s, giraffes en struisvogels met elkaar een complementair team gevormd. Samenwerking en het groepsbelang staan daarbij hoog in het vaandel. Gnoes kunnen goed ruiken, zebra’s kunnen goed horen, giraffes en struisvogels kunnen ver zien. Deze strategische alliantie zien de auteurs als een mooi voorbeeld van HPO-factor 5: kwaliteit van medewerkers. Juist in de diversiteit schuilt de kracht van het team.
Aan de slag
In het laatste hoofdstuk van het boek worden de vijf HPO-factoren nog eens samengenomen, om de lezer de hand te reiken bij de mogelijkheden om zelf aan de slag te gaan met het werken aan een High Performance Organisatie. Telkens wordt op een pagina een factor kort behandeld, vergezeld van twee praktische tips. Enkele voorbeelden: ‘Bespreek met elkaar welk voorbeeldgedrag u als individu, team, afdeling of organisatie wilt laten zien. Ontwikkel prestatiegerichte waarden en normen: dit is het gedrag dat we willen en moeten tonen om excellent te presteren.’ Of: ‘Organiseer mini-interviews tussen collega’s, zodat zij met elkaar kunnen afstemmen wat nodig is aan ondersteuning of begeleiding om stappen te maken in hun ontwikkeling.’
Tot slot worden in een bijlage de 35 kenmerken van uitmuntend presterende bedrijven die aan de vijf HPO-factoren ten grondslag liggen nog eens allemaal kort beschreven, teneinde het gedachtegoed compleet te maken.
Conclusies
- Mensen kunnen van dieren leren.
- High Performance Organisaties (HPO’s) hebben gemeen dat ze betere resultaten (financieel en niet-financieel) behalen dan vergelijkbare organisaties over een periode van ten minste vijf tot tien jaar.
- Om van de eigen organisatie een HPO te kunnen maken, moeten mensen in actie komen.
- Zonder uitmuntend teamwerk is een HPO niet mogelijk.
Neem voor meer informatie over het HPO-gedachtegoed of een HPO lezing/workshop contact op met Marco Schreurs (T. 035-6037007).